Beschrijving doel 1.3.2 We realiseren een krachtige doorgaande leerlijn
Het realiseren van een krachtige doorgaande leerlijn is nodig om alle Zwolse kinderen gelijke kansen te geven. De eerste levensjaren zijn van groot belang voor de ontwikkeling van alle kinderen, daarom zetten we ook in op voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Op basis van de wetswijzigingen en landelijke ontwikkelingen hebben we ons beleid aangepast dat beschreven staat in het vastgestelde Beleidsplan Voorschoolse Voorzieningen 2018 – 2021. Gezamenlijk zetten we in op een soepele overgang tussen voorschool en school om een doorgaande leerlijn te verstevigen. We hebben hierbij ook aandacht voor de samenwerking tussen alle partners op het terrein van VVE. We hebben een brede peuteropvang in Zwolle: voorschoolse voorzieningen kunnen gesubsidieerde peuteropvang bieden. Wederzijdse betrokkenheid tussen ouders, onderwijs en voorschool is van belang voor de positieve ontwikkeling van kinderen. Zij werken samen vanuit een gedeelde verantwoordelijkheid aan de ontwikkeling van een kind. Op deze manier kunnen talenten tot bloei komen vanuit het uitgangspunt dat ieder kind een talent heeft dat we willen aanspreken en stimuleren. Samen met scholen willen we blijven voorkomen dat leerlingen uitvallen en/of door schooluitval geen startkwalificatie voor de arbeidsmarkt behalen. Op deze manier start men met een achterstand die door het inzetten van een krachtige doorgaande leerlijn te voorkomen is. We willen dat kinderen goed mee kunnen komen in het onderwijs om zo goed voorbereid deel te nemen aan de arbeidsmarkt. |
---|
Criteria
We realiseren een krachtige doorgaande leerlijn, zodanig dat:
|
---|
Portefeuillehouder(s)
Michiel van Willigen |
---|
Afwijkingen op activiteiten Berap 2020-2
Afwijking op activiteiten uit Berap 2020-2 | ||
---|---|---|
Onderwijsachterstandenbeleid | Budgettair neutraal | |
Het uitvoeren van onderwijsachterstandenbeleid is een wettelijke taak. De specifieke uitkering van het Rijk voor onderwijsachterstandenbeleid 2020 valt op basis van de voorlopige toekenning € 145.827 hoger uit dan begroot. Het (extra) budget voor onderwijsachterstanden wordt ingezet voor het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden bij kinderen van 0 tot en met 12 jaar. Het budget voor onderwijsachterstandenbeleid dient te worden uitgegeven in het tijdvak 2019 – 2022. Overschotten mogen in latere jaren binnen dit tijdvak worden uitgegeven. Eventuele opgebouwde reserves op 31 december 2022 worden door het Rijk teruggevorderd met uitzondering van een bedrag ter hoogte van de helft van de uitkering in 2022. Dit bedrag mag in het volgende tijdvak wordt besteed. Er geldt een SiSa-rapportage plicht. | ||
Vrijval budget peuterwerk | Lagere uitgaven | € 317.000 |
De bestedingen voor peuterwerk vallen in 2020 € 317.000 lager uit dan begroot. De redenen hiervoor zijn:
| ||
Formatie team leerplicht - RMC | Aanvullende uitgaven | € 50.000 |
Als gemeente hebben wij recent het Meerjaren beleidsplan voortijdig schoolverlaten 2021-2024 en Vervolgaanpak VSV 2020-2024 ondertekend. Hiermee spreken wij als centrumgemeente samen met de gemeenten uit de regio IJssel-Vecht de ambitie uit om voortijdig schoolverlaters verder terug te dringen en de ontwikkeling van leerplicht naar leerrecht verder door te zetten. Deze extra investering (in projecten) staat los van de lokale uitvoering van leerplicht. De Ontwikkelagenda passend onderwijs en jeugdhulp en de Hervormingsagenda Sociaal Domein vraagt van team leerplicht-RMC om als partner binnen domeinen Onderwijs Zorg en Arbeid de samenwerking en afstemming met betrekking tot schoolverzuim, thuiszitters en voortijdig schoolverlaten vorm te geven of in praktijk te brengen. Om uitvoering te kunnen geven aan de bovenstaande ontwikkelingen, is het nodig dat als eerste de basis op orde is, het kunnen uitvoeren van de wettelijke taken. Met het in lijn brengen van de formatie met de daadwerkelijke werklast kan het team voldoen we aan de uitvoering van de wettelijke taken en kunnen we (verder) inzetten op de ontwikkelingen. Daarom breiden wij de formatie in 2020 incidenteel uit met € 50.000. Daarnaast laten wij een extern onderzoek uitvoeren naar de benodigde structurele formatie. In afwachting van de uitkomsten van het onderzoek, breiden wij als onderdeel van de Begroting 2021 de formatie incidenteel uit met 3,7 fte (€ 295.000). | ||
Leerlingenvervoer | Aanvullende uitgaven | € 152.000 |
Het structurele budget voor leerlingenvervoer bedraagt jaarlijks € 1,1 miljoen. Dit is inclusief tegemoetkoming voor leerlingenvervoer in andere vormen dan aangepast vervoer zoals bijvoorbeeld kilometervergoeding. Het aantal leerlingen dat gebruik maakt van aangepast vervoer bedroeg op 1 januari 2020 275 (320 leerlingen per 1.1.2019). Het aangepaste taxivervoer was begroot op € 850.000 per jaar. Voor 2019 was er sprake van een tekort op leerlingenvervoer. Het tekort vond zijn oorzaak in de meer bijzondere aanmeldingen waar maatwerk geleverd moet worden in de vorm van individuele of afwijkende ritten. Daarnaast zien we dat er beter wordt gekeken wat qua onderwijs mogelijk is voor het kind. Het recht op ontwikkeling en onderwijs voor de leerling staat voorop. Het volgen van onderwijs op afwijkende tijden wordt door de inzet van leerlingenvervoer ondersteund. Meer afzonderlijke ritten tegen een hoger tarief zijn hiervan het resultaat. In afwijking van het vorige contract, leidt dit binnen het huidige contract tot meerwerk; voor 2020 gaat het om € 152.000 en voor 2021 wordt het ingeschat op € 232.000 (als onderdeel van de Begroting 2021). |